Erik,
Plussen en minnen voor onze verkeersregels. Die zijn voor een zeer groot deel tot stand gekomen onder VN verdragen. Zoals het Verdrag nopens het wegverkeer, Genève, 19-09-1949 en het Verdrag inzake het Wegverkeer, Wenen, 08-11-1968. Belangrijk voor alle weggebruikers in het internationale verkeer.
De Regeling voertuigen is bovendien tot stand gekomen door Europese Verordeningen en Richtlijnen. Voldoet je fiets aan de Regeling voertuigen dan kun je overal binnen de EG en de rest van de wereld fietsen.
Maar voor bestuurders van ligfietsen is het veel moeilijker om aan reflectie eisen te voldoen. Denk aan de vier ambergele of gele retroreflectoren aan de trappers. Alleen zichtbaar vanuit de lucht. Maar een naar voren gerichte witte retro-reflector en ambergele retro-reflectoren aan de zijkanten van de ligfiets mogen.
Voor de velomobielen is er een probleem met de witte of gele retro-reflectoren aan de wielen. Die moeten de omtrek van het wiel volgen en op of zo dicht mogelijk bij de velg zijn aangebracht, zodanig dat zij aan beide zijkanten van het voertuig zichtbaar zijn. Zowel wielen als trappers zijn ingesloten. Bovendien mogen velomobielen niet zijn voorzien van meer retro-reflecterende voorzieningen dan in de artikelen 5.9.51, 5.9.52, en 5.9.57 is voorgeschreven of toegestaan.
Ik ben blij dat op velomobielen de nodige retro-reflectie is aangebracht om ze bij nacht en ontij zichtbaar te krijgen op de weg.
De roeifiets laat ik buiten beschouwing. Die heeft een ander soort geen trapper.
Onder druk van belangenorganisaties, o.a. de KNWU, zijn de verlichtingseisen niet de Regeling voertuigen opgenomen. Wielrenners maken daar dankbaar gebruik van. Scheelt een hoop gewicht aan de fiets. Volgens de wielrenners valt een bel daar ook onder. Schreeuwen en vloeken lukt ook.
Een achterlicht aan het hielstuk van de linkerschoen is niet toegestaan. Maar zonder ander achterlicht is een hiellampje beter dan niets.
Plussen en minnen voor onze verkeersregels. Die zijn voor een zeer groot deel tot stand gekomen onder VN verdragen. Zoals het Verdrag nopens het wegverkeer, Genève, 19-09-1949 en het Verdrag inzake het Wegverkeer, Wenen, 08-11-1968. Belangrijk voor alle weggebruikers in het internationale verkeer.
De Regeling voertuigen is bovendien tot stand gekomen door Europese Verordeningen en Richtlijnen. Voldoet je fiets aan de Regeling voertuigen dan kun je overal binnen de EG en de rest van de wereld fietsen.
Maar voor bestuurders van ligfietsen is het veel moeilijker om aan reflectie eisen te voldoen. Denk aan de vier ambergele of gele retroreflectoren aan de trappers. Alleen zichtbaar vanuit de lucht. Maar een naar voren gerichte witte retro-reflector en ambergele retro-reflectoren aan de zijkanten van de ligfiets mogen.
Voor de velomobielen is er een probleem met de witte of gele retro-reflectoren aan de wielen. Die moeten de omtrek van het wiel volgen en op of zo dicht mogelijk bij de velg zijn aangebracht, zodanig dat zij aan beide zijkanten van het voertuig zichtbaar zijn. Zowel wielen als trappers zijn ingesloten. Bovendien mogen velomobielen niet zijn voorzien van meer retro-reflecterende voorzieningen dan in de artikelen 5.9.51, 5.9.52, en 5.9.57 is voorgeschreven of toegestaan.
Ik ben blij dat op velomobielen de nodige retro-reflectie is aangebracht om ze bij nacht en ontij zichtbaar te krijgen op de weg.
De roeifiets laat ik buiten beschouwing. Die heeft een ander soort geen trapper.
Onder druk van belangenorganisaties, o.a. de KNWU, zijn de verlichtingseisen niet de Regeling voertuigen opgenomen. Wielrenners maken daar dankbaar gebruik van. Scheelt een hoop gewicht aan de fiets. Volgens de wielrenners valt een bel daar ook onder. Schreeuwen en vloeken lukt ook.
Een achterlicht aan het hielstuk van de linkerschoen is niet toegestaan. Maar zonder ander achterlicht is een hiellampje beter dan niets.