12-Nov-2020, 02:12 PM
Ik ben inderdaad de man van de houten velomobiel waarmee ik vorig jaar de Oliebollentocht heb gereden.
Phil, volgens mij is Nederlands niet je eerste taal. Mochten er in de vertaling zaken verloren gaan, trek aan de bel. Ik kan ook een beetje Engels.
Door de buiging van de voorvork zit bij een tweewieler het grootste deel van het wiel voor een loodrechte lijn door het balhoofd naar beneden. Die paar cm buiging naar voren vormt ook het hefboompje waarmee de windkracht op de besturing werkt. Bij wind van rechts zal het voorwiel naar links sturen. Bij het rijden met heel hoge velgen, dichte wielen, wieldoekjes wordt het zijwaartse oppervlak van het wiel en dus het effect groter.
Bij velomobielen is de besturing een stukje complexer omdat er meerdere draaipunten in de wielophanging zitten. Er is geen buiging van de veerpoot, maar het middelste bevestigingstangetje zit een stukje voor een loodrechte lijn naar beneden vanaf de bovenste bevestiging. Ook daarmee wordt een naloop van het wiel gecreeerd. Ik ben er niet 100% zeker van maar ik vermoed dat je bij velomobielen een schuine lijn van boven naar beneden trekt door beide draaipunten. Dan zit het grootste deel van het wiel achter die lijn wat bij wind van rechts, een stuur reactie naar rechts oplevert. Het afdekken van het voorwiel met hosen of zoals bij de Quest of Milan in de body, zorgt dat de zijwind geen druk kan uitoefenen op het wiel. Het zijwaartse oppervlak van de body wordt daarbij niet wezenlijk vergroot.
Ga je bij een hoge tweewieler de hele wielen inpakken met een stroomlijn die vast met de body is verbonden, dan zal dat een forse vergroting van het zijwaartse oppervlak geven. Dus meer effect van de wind. Stop je alleen het wiel in een aparte stroomlijn, dan werkt dat weer door op de besturing.
De hefboom bij zijwind begint waar weg en wiel elkaar treffen. Bij een velomobiel helpt de spoorbreedte erg veel en gaat het eerder om zijwaarts wegdrukken, dan dat je omvalt. Als je al op 2 van de 3 wielen rijdt, vlot door een bochtje gaat kan een klein zetje natuurlijk al voldoende zijn. Bepaalde velomobielen zijn ook voor zijwind zeer aerodynamisch waardoor je bij wind van rechts, op de rechter zijkant druk naar links krijgt, terwijl er links van de fiets een turbulentie/onderdruk ontstaat. Een "zuiging". Combineer dat met de instinctieve neiging om bij druk van rechts tegen te werken door naar rechts te sturen, waarbij je het gewicht van de berijder naar links verplaatst en je rolt om.
Bij een tweewieler is het plekje zeg maar 25mm breed, daar waar band en weg treffen. Hoe hoger de fiets, hoe langer de hefboom waarmee de kracht werkt. Met dezelfde stroomlijn zul je met een zithoogte van 25 cm dus wat minder last hebben van zijwind dan met een zithoogte van 55 cm. Als je de wielen inpakt en deel uit laat maken van de vaste stroomlijn vergroot je daarmee de oppervlakte waar op de wind zijn kracht kan uitoefenen.
Phil, zoals je bij de gewone fietsen, gravelbikes, racefietsen en Timetrail fietsen hebt zit er ook bij ligfietsen veel verschil tussen fietsen en hoe snel ze zijn. Er zijn vlotte ligfietsen en echt snelle ligfietsen. De Cougar zou ik toch meer als vlot inschatten. De Fujin is ongeveer vergelijkbaar, de Speedmachine doet zijn naam niet bepaald eer aan.
Zo'n recht op stuurtje is vaak of zelf gemaakt, of een afgezaagd recht stuur ( mtb straight bar) met een paar geschikte barends.
Groeten, Jeroen
Phil, volgens mij is Nederlands niet je eerste taal. Mochten er in de vertaling zaken verloren gaan, trek aan de bel. Ik kan ook een beetje Engels.
Door de buiging van de voorvork zit bij een tweewieler het grootste deel van het wiel voor een loodrechte lijn door het balhoofd naar beneden. Die paar cm buiging naar voren vormt ook het hefboompje waarmee de windkracht op de besturing werkt. Bij wind van rechts zal het voorwiel naar links sturen. Bij het rijden met heel hoge velgen, dichte wielen, wieldoekjes wordt het zijwaartse oppervlak van het wiel en dus het effect groter.
Bij velomobielen is de besturing een stukje complexer omdat er meerdere draaipunten in de wielophanging zitten. Er is geen buiging van de veerpoot, maar het middelste bevestigingstangetje zit een stukje voor een loodrechte lijn naar beneden vanaf de bovenste bevestiging. Ook daarmee wordt een naloop van het wiel gecreeerd. Ik ben er niet 100% zeker van maar ik vermoed dat je bij velomobielen een schuine lijn van boven naar beneden trekt door beide draaipunten. Dan zit het grootste deel van het wiel achter die lijn wat bij wind van rechts, een stuur reactie naar rechts oplevert. Het afdekken van het voorwiel met hosen of zoals bij de Quest of Milan in de body, zorgt dat de zijwind geen druk kan uitoefenen op het wiel. Het zijwaartse oppervlak van de body wordt daarbij niet wezenlijk vergroot.
Ga je bij een hoge tweewieler de hele wielen inpakken met een stroomlijn die vast met de body is verbonden, dan zal dat een forse vergroting van het zijwaartse oppervlak geven. Dus meer effect van de wind. Stop je alleen het wiel in een aparte stroomlijn, dan werkt dat weer door op de besturing.
De hefboom bij zijwind begint waar weg en wiel elkaar treffen. Bij een velomobiel helpt de spoorbreedte erg veel en gaat het eerder om zijwaarts wegdrukken, dan dat je omvalt. Als je al op 2 van de 3 wielen rijdt, vlot door een bochtje gaat kan een klein zetje natuurlijk al voldoende zijn. Bepaalde velomobielen zijn ook voor zijwind zeer aerodynamisch waardoor je bij wind van rechts, op de rechter zijkant druk naar links krijgt, terwijl er links van de fiets een turbulentie/onderdruk ontstaat. Een "zuiging". Combineer dat met de instinctieve neiging om bij druk van rechts tegen te werken door naar rechts te sturen, waarbij je het gewicht van de berijder naar links verplaatst en je rolt om.
Bij een tweewieler is het plekje zeg maar 25mm breed, daar waar band en weg treffen. Hoe hoger de fiets, hoe langer de hefboom waarmee de kracht werkt. Met dezelfde stroomlijn zul je met een zithoogte van 25 cm dus wat minder last hebben van zijwind dan met een zithoogte van 55 cm. Als je de wielen inpakt en deel uit laat maken van de vaste stroomlijn vergroot je daarmee de oppervlakte waar op de wind zijn kracht kan uitoefenen.
Phil, zoals je bij de gewone fietsen, gravelbikes, racefietsen en Timetrail fietsen hebt zit er ook bij ligfietsen veel verschil tussen fietsen en hoe snel ze zijn. Er zijn vlotte ligfietsen en echt snelle ligfietsen. De Cougar zou ik toch meer als vlot inschatten. De Fujin is ongeveer vergelijkbaar, de Speedmachine doet zijn naam niet bepaald eer aan.
Zo'n recht op stuurtje is vaak of zelf gemaakt, of een afgezaagd recht stuur ( mtb straight bar) met een paar geschikte barends.
Groeten, Jeroen