, 08:26 PM
(Dit bericht is het laatst bewerkt op , 08:28 PM door datakneder.)
Nou dan ga ik de knuppel in het hoederhok gooien.
Ik rijd tegenwoordig met een cadans tussen de 55 en 75. Nog steeds een grote marge. Vroeger altijd geprobeerd tussen de 80 en 90 te rijden, vanwege de adviezen voor wielrenners en het alomtegenwoordige "anders rijd je je knieën aan gort" Dat laatste ook aan den lijve ondervonden door het effect dat ik een keer tijdens het trappenlopen gewoonweg door mijn benen zakte.
Waarom dan toch zo'n lage cadans. Ik begon met het feit dat ik niet alleen duwende bewegingen wilde maken, maar ook trekkende. Oftewel gewoon lekker ronddraaien. En dan heb je mensen die zeggen dat je dan je spieren geen kans gunt om te ontspannen, nou dat is onzin. De duwende en trekkende spieren zijn totaal andere spieren. Door juist een deel van je vermogen te halen uit trekkende bewegingen zorgt ervoor dat er minder topbelasting hoeft te zijn voor duwende. Let wel ik schrijf duwende spieren, maar spieren kunnen alleen trekken. Dus met duwende spieren bedoel ik spieren die belast worden bij het strekken van de benen.
Om die spieren en het gevoel van ronddraaien te trainen ben ik extreem zwaar gaan fietsen. Dus tussen de 55 en 65 rpm. En alleen bij een constante snelheid op een vlakke weg. Voor het optrekken reed ik gewoon op 80-90 rpm. Ook bij hellingen gewoon terug op het oude toerental. En ja, ook toen wel momenten gehad dat ik achteraf merkte dat ik mijn knieën overbelast had, maar dan had ik ook bewust iets gedaan om te testen.
Ik rijd nu bijna altijd mooi rond, ook bij hogere toerentallen. Die komen vanzelf bij een helling, omdat je lichaam dan aangeeft dat het niet prettig is om veel vermogen te leveren bij laag toerental. En daar zit in mijn ogen de crux.
Uit onderzoek is gebleken dat tussen de 60-70 rpm. de meeste mensen het ontspannenst fietsen. Dit zijn de cijfers die je terug zult vinden als je onderzoek doet naar het toerental van niet-wielrenners op een stadsfiets. En die rijden dus ook niet hun knieën aan gort. Gewoon omdat ze niet bezig zijn met een sportprestatie.
Ik merk ook dat mijn spieren aan het ontwikkelen zijn. En dat het lage toerental ook langzaam wat omhoog kruipt. En als ik ooit het vermogen van Tadej Pogačar ga fietsen er dus ook een bijbehorende cadans zal zijn van over de 100. (Ik blijf dromen) Dus dat bij recordpogingen ongeveer dezelfde cadans gefietst wordt is logisch.
Het voordeel van de lage cadans is dat voor mij grote afstanden veel makkelijker geworden zijn. Mijn gemiddelde is ook omhoog geschoten. In mijn vroege jaren heb ik aan ligfietswedstrijden meegedaan en lag de top op 45 km/h in uurswedstrijden op een tweewieler. Als ik dit toen had geweten denk ik dat ik met gemak achter de jongens aan had gekund die 50 km/h reden.
Dit is zeker geen advies aan iedereen om met een lage cadans te trappen. Maar wel het advies om niet te bang te zijn eens iets te proberen en goed op je lichaam en je gevoel te letten.
Ik rijd tegenwoordig met een cadans tussen de 55 en 75. Nog steeds een grote marge. Vroeger altijd geprobeerd tussen de 80 en 90 te rijden, vanwege de adviezen voor wielrenners en het alomtegenwoordige "anders rijd je je knieën aan gort" Dat laatste ook aan den lijve ondervonden door het effect dat ik een keer tijdens het trappenlopen gewoonweg door mijn benen zakte.
Waarom dan toch zo'n lage cadans. Ik begon met het feit dat ik niet alleen duwende bewegingen wilde maken, maar ook trekkende. Oftewel gewoon lekker ronddraaien. En dan heb je mensen die zeggen dat je dan je spieren geen kans gunt om te ontspannen, nou dat is onzin. De duwende en trekkende spieren zijn totaal andere spieren. Door juist een deel van je vermogen te halen uit trekkende bewegingen zorgt ervoor dat er minder topbelasting hoeft te zijn voor duwende. Let wel ik schrijf duwende spieren, maar spieren kunnen alleen trekken. Dus met duwende spieren bedoel ik spieren die belast worden bij het strekken van de benen.
Om die spieren en het gevoel van ronddraaien te trainen ben ik extreem zwaar gaan fietsen. Dus tussen de 55 en 65 rpm. En alleen bij een constante snelheid op een vlakke weg. Voor het optrekken reed ik gewoon op 80-90 rpm. Ook bij hellingen gewoon terug op het oude toerental. En ja, ook toen wel momenten gehad dat ik achteraf merkte dat ik mijn knieën overbelast had, maar dan had ik ook bewust iets gedaan om te testen.
Ik rijd nu bijna altijd mooi rond, ook bij hogere toerentallen. Die komen vanzelf bij een helling, omdat je lichaam dan aangeeft dat het niet prettig is om veel vermogen te leveren bij laag toerental. En daar zit in mijn ogen de crux.
Uit onderzoek is gebleken dat tussen de 60-70 rpm. de meeste mensen het ontspannenst fietsen. Dit zijn de cijfers die je terug zult vinden als je onderzoek doet naar het toerental van niet-wielrenners op een stadsfiets. En die rijden dus ook niet hun knieën aan gort. Gewoon omdat ze niet bezig zijn met een sportprestatie.
Ik merk ook dat mijn spieren aan het ontwikkelen zijn. En dat het lage toerental ook langzaam wat omhoog kruipt. En als ik ooit het vermogen van Tadej Pogačar ga fietsen er dus ook een bijbehorende cadans zal zijn van over de 100. (Ik blijf dromen) Dus dat bij recordpogingen ongeveer dezelfde cadans gefietst wordt is logisch.
Het voordeel van de lage cadans is dat voor mij grote afstanden veel makkelijker geworden zijn. Mijn gemiddelde is ook omhoog geschoten. In mijn vroege jaren heb ik aan ligfietswedstrijden meegedaan en lag de top op 45 km/h in uurswedstrijden op een tweewieler. Als ik dit toen had geweten denk ik dat ik met gemak achter de jongens aan had gekund die 50 km/h reden.
Dit is zeker geen advies aan iedereen om met een lage cadans te trappen. Maar wel het advies om niet te bang te zijn eens iets te proberen en goed op je lichaam en je gevoel te letten.