Artikel 19 RVV 1990: De bestuurder moet in staat zijn zijn voertuig tot stilstand te brengen binnen de afstand waarover hij de weg kan overzien en waarover deze vrij is.
Dit is een wetsdelict. Het feit dat de autobestuurder hieraan niet heeft voldaan is voldoende bewijs. Opzet of schuld doet niet ter zake.
Strafbepaling artikel 177 lid 2 sub d Wegenverkeerswet 1994;
Het bepaalde krachtens deze wet, voor zover die overtreding uitdrukkelijk als strafbaar feit is aangemerkt,
wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste twee maanden of geldboete van de tweede categorie (4.350 euro).
Bijkomende straf, artikel 92 lid 2 RVV 1990:
Bij de veroordeling van de bestuurder van een motorvoertuig, een bromfietser of een snorfietser wegens een overtreding als bedoeld in het eerste lid kan hem de bevoegdheid om motorvoertuigen, bromfietsen en snorfietsen te besturen voor ten hoogste twee jaren worden ontzegd.
Wanneer in de tekst van rechtsdelicten (misdrijven), opzet of schuld staat vermeld als element van het strafbare feit, dan moet er altijd sprake van opzet of schuld.
Met deze aanrijding, waarbij de strafbaarheid van artikel 19 RVV 1990 vaststaat, is bij letsel ook sprake van schuld. In combinatie met het rechtsdelict (misdrijf) van artikel 6 Wegenverkeerswet 1994:
Het is een ieder die aan het verkeer deelneemt verboden zich zodanig te gedragen dat een aan zijn schuld te wijten verkeersongeval plaatsvindt waardoor een ander wordt gedood of waardoor een ander zwaar lichamelijk letsel wordt toegebracht of zodanig lichamelijk letsel dat daaruit tijdelijke ziekte of verhindering in de uitoefening van de normale bezigheden ontstaat.
Dan is de maximale strafmaat beduidend hoger. Artikel 175 Wegenverkeerswet 1990.
1. Overtreding van artikel 6 wordt gestraft met:
a. gevangenisstraf van ten hoogste drie jaren of geldboete van de vierde categorie (21.750 euro), indien het een ongeval betreft waardoor een ander wordt gedood;
b. gevangenisstraf van ten hoogste een jaar en zes maanden of geldboete van de vierde categorie (21.750 euro) , indien het een ongeval betreft waardoor een ander lichamelijk letsel wordt toegebracht.
2 Indien de schuld bestaat in roekeloosheid, wordt overtreding van artikel 6 gestraft met:
a. gevangenisstraf van ten hoogste zes jaren of geldboete van de vijfde categorie (87.000 euro), indien het een ongeval betreft waardoor een ander wordt gedood;
b. gevangenisstraf van ten hoogste drie jaren of geldboete van de vierde categorie (21.750) euro, indien het een ongeval betreft waardoor een ander lichamelijk letsel wordt toegebracht.
* Van roekeloosheid is in elk geval sprake als het gedrag tevens als een overtreding van artikel 5, eerste 1, kan worden aangemerkt.
3 Indien de schuldige verkeerde in de toestand, bedoeld in artikel 8, eerste lid, tweede, derde, vierde, of vijfde lid (drugs/alcohol), dan wel na het feit niet heeft voldaan aan een bevel, gegeven krachtens artikel 163, tweede lid, zesde lid, zevende of negende lid (weigering ademanalyse of bloedproef), kunnen de in het eerste en tweede lid bepaalde gevangenisstraffen met de helft worden verhoogd.
Niels,
Ik vind jouw zaak, zonder twijfel, een proces-verbaal waardige aanrijding. Je VM heeft je voor verder letsel beschermd. Maar soms besluit het openbaar ministerie om een strafzaak alsnog te seponeren. Daartegen kun je in bezwaar gaan.
Piet, wel woorden voor, V.
Dit is een wetsdelict. Het feit dat de autobestuurder hieraan niet heeft voldaan is voldoende bewijs. Opzet of schuld doet niet ter zake.
Strafbepaling artikel 177 lid 2 sub d Wegenverkeerswet 1994;
Het bepaalde krachtens deze wet, voor zover die overtreding uitdrukkelijk als strafbaar feit is aangemerkt,
wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste twee maanden of geldboete van de tweede categorie (4.350 euro).
Bijkomende straf, artikel 92 lid 2 RVV 1990:
Bij de veroordeling van de bestuurder van een motorvoertuig, een bromfietser of een snorfietser wegens een overtreding als bedoeld in het eerste lid kan hem de bevoegdheid om motorvoertuigen, bromfietsen en snorfietsen te besturen voor ten hoogste twee jaren worden ontzegd.
Wanneer in de tekst van rechtsdelicten (misdrijven), opzet of schuld staat vermeld als element van het strafbare feit, dan moet er altijd sprake van opzet of schuld.
Met deze aanrijding, waarbij de strafbaarheid van artikel 19 RVV 1990 vaststaat, is bij letsel ook sprake van schuld. In combinatie met het rechtsdelict (misdrijf) van artikel 6 Wegenverkeerswet 1994:
Het is een ieder die aan het verkeer deelneemt verboden zich zodanig te gedragen dat een aan zijn schuld te wijten verkeersongeval plaatsvindt waardoor een ander wordt gedood of waardoor een ander zwaar lichamelijk letsel wordt toegebracht of zodanig lichamelijk letsel dat daaruit tijdelijke ziekte of verhindering in de uitoefening van de normale bezigheden ontstaat.
Dan is de maximale strafmaat beduidend hoger. Artikel 175 Wegenverkeerswet 1990.
1. Overtreding van artikel 6 wordt gestraft met:
a. gevangenisstraf van ten hoogste drie jaren of geldboete van de vierde categorie (21.750 euro), indien het een ongeval betreft waardoor een ander wordt gedood;
b. gevangenisstraf van ten hoogste een jaar en zes maanden of geldboete van de vierde categorie (21.750 euro) , indien het een ongeval betreft waardoor een ander lichamelijk letsel wordt toegebracht.
2 Indien de schuld bestaat in roekeloosheid, wordt overtreding van artikel 6 gestraft met:
a. gevangenisstraf van ten hoogste zes jaren of geldboete van de vijfde categorie (87.000 euro), indien het een ongeval betreft waardoor een ander wordt gedood;
b. gevangenisstraf van ten hoogste drie jaren of geldboete van de vierde categorie (21.750) euro, indien het een ongeval betreft waardoor een ander lichamelijk letsel wordt toegebracht.
* Van roekeloosheid is in elk geval sprake als het gedrag tevens als een overtreding van artikel 5, eerste 1, kan worden aangemerkt.
3 Indien de schuldige verkeerde in de toestand, bedoeld in artikel 8, eerste lid, tweede, derde, vierde, of vijfde lid (drugs/alcohol), dan wel na het feit niet heeft voldaan aan een bevel, gegeven krachtens artikel 163, tweede lid, zesde lid, zevende of negende lid (weigering ademanalyse of bloedproef), kunnen de in het eerste en tweede lid bepaalde gevangenisstraffen met de helft worden verhoogd.
Niels,
Ik vind jouw zaak, zonder twijfel, een proces-verbaal waardige aanrijding. Je VM heeft je voor verder letsel beschermd. Maar soms besluit het openbaar ministerie om een strafzaak alsnog te seponeren. Daartegen kun je in bezwaar gaan.
Piet, wel woorden voor, V.