(, 10:07 AM)Willeke_IGKT schreef: Het plaatsen van een spiegel op een fiets zal alleen helpen als de fietser dat zelf wil.
Als je tegen een fietsspiegel bent 'omdat je dat zelf niet wil', dan zeg je eigenlijk: ‘Mijn koppigheid is belangrijker dan de veiligheid van iedereen om mij heen.’ Dat is niet alleen egoïstisch, dat is gevaarlijk gedrag verpakt als persoonlijke voorkeur. In het verkeer ben je niet alleen. Jij maakt deel uit van een systeem waarin één seconde onoplettendheid levens kan kosten.
Een spiegel helpt je sneller, veiliger en met minder afleiding te reageren op wat er achter je gebeurt. Het voorkomt dat je je hele lichaam hoeft te draaien — wat bij veel fietsers juist leidt tot slingeren, onverwachte bewegingen, en ongevallen. Met andere woorden: een simpele spiegel kan het verschil maken tussen bijna-ongeluk en frontale botsing.
Zelfs de fietsersbond tipt bepaalde spiegels als veilig accessoire voor op de fiets.
@QV-tester:
Voor mij staat respect in het verkeer hoog aangeschreven. Laatst gaf ik twee fietsers voorrang op een punt waar dat niet hoefde en tot mijn vreugde bedankte de man vriendelijk met een duimpje. Zoiets kleins, maar het maakt een wereld van verschil. Jammer genoeg is dit eerder uitzondering dan regel. Steeds vaker zie ik mensen die gedachteloos oversteken, volledig in zichzelf gekeerd, soms bellend, soms scrollend, maar in elk geval zonder enig oogcontact met het naderende verkeer. Het is alsof ze hopen dat hun lichaamstaal vanzelf voorrang afdwingt.
Zelf kijk ik altijd even naar de bestuurder, zoek oogcontact en geef een knikje of een handgebaar. Het kost niets, maar het schept duidelijkheid en wederzijds respect. Dat gevoel ontbreekt steeds vaker in het verkeer: we bewegen ons als losse individuen voort, in plaats van als deelnemers aan een gedeeld systeem waarin samenwerking essentieel is.
Wat me daarbij extra zorgen baart, is het gedrag van veel jongeren. Je ziet ze oversteken alsof ze zich in een scène uit een western bevinden — de blik strak vooruit, alsof het verkeer vanzelf voor hen zal wijken. Laatst nog zag ik een jongeman op een fatbike een zebrapad oversteken zonder af te stappen, terwijl dat wél verplicht is. Geen vertraging, geen oogcontact, geen dankwoord. Gewoon doorrammen. Als ik heel eerlijk ben: die kerel zijn kop komt vroeg of laat in de krant. En dan niet vanwege een prijs voor verkeersveiligheid.
Toch merk ik dat deze houding niet door iedereen wordt gedeeld. Sommige mensen — vaak uit de meer ideologisch geladen hoek van het fietsactivisme — lijken het concept van dankbaarheid richting een automobilist bijna als verraad te beschouwen. ‘Bedanken? Voor wie? Die moordmachine op wielen?’ Alsof hoffelijkheid gelijkstaat aan capitulatie.
Laatst nog discussieerde ik hierover met twee vrienden. De een stelde dat een automobilist altijd op tijd moet kunnen stoppen, ongeacht de omstandigheden. De ander vond — terecht, naar mijn mening — dat oversteken pas veilig is ná oogcontact. En dat laatste lijkt me niet meer dan gezond verstand. Verkeersveiligheid is immers geen recht, maar iets wat we samen creëren — met regels, oplettendheid en, ja, ook met een vriendelijk gebaar op zijn tijd.
Misschien biedt technologie in de toekomst een oplossing voor dit groeiende probleem. Denk aan AI-gestuurde voertuigen die de volledige omgeving continu scannen met 360°-camera’s en slimme sensoren. Stel je voor: een auto die niet alleen anticipeert op onverwacht gedrag van voetgangers of fietsers, maar tegelijk automatisch bewijsmateriaal verzamelt. Wanneer er dan toch iets misgaat, zou zulke technologie in de rechtbank zwart op wit kunnen aantonen dat de bestuurder géén fout maakte — dat het gedrag van de voetganger of fietser buiten alle redelijkheid viel. Zo’n digitale objectiviteit zou niet alleen bestuurders beschermen tegen onterechte aansprakelijkheid, maar misschien ook eindelijk zorgen voor meer bewustzijn en verantwoordelijkheid bij álle weggebruikers.